Katja Urban: schrijven en leven

Schrijfster, biografe, schrijfcoach, schrijfdocente en verhalenvertelster



vrijdag 21 januari 2011

De Indische noodzaak

Door mijn Indische achtergrond trek ik veel Indische klanten die de Tweede Wereldoorlog doorbrachten in het voormalige Nederlands-Indië, al dan niet in een Japans concentratiekamp. Het was zonder meer een tijd waarin de meeste mensen aldaar verschrikkelijke dingen meemaakten. En het is zonder meer waar dat zij na afloop al dan niet tegen wil en dank in een Nederland terecht kwamen dat geen aandacht voor hun verhalen had. Een Nederland dat druk was haar eigen oorlogsleed te verwerken en het land weer op te bouwen. Tragisch, maar een realiteit.

Nu zij in de herfst zijn van hun leven, vinden enkelen onder hen de moed om hun ervaringen op te schrijven. Soms om zelf rust in hun hoofd te krijgen, soms opdat (klein)kinderen kunnen lezen wat hun (groot)ouders hebben meegemaakt, soms om lotgenoten een hart onder de riem te steken. Én soms in de hoop om alsnog erkenning en begrip van het Nederlandse volk te krijgen voor het doorstane leed.

Die laatste hoop strand meestal op de onwil van Nederlandse uitgevers om die memoires of autobiografische romans te willen uitgeven. Enerzijds omdat de huidige markt niet zit te wachten op al die Indische egodocumenten over een relatief ver verleden, anderzijds omdat ze soms simpelweg de literaire kwaliteit missen om publiciteit of verkoopcijfers te genereren. Om uitgegeven te worden door een traditionele uitgever, moet je meer presteren dan alleen een ervaringsverhaal. Er moeten verrassende wendingen in het verhaal zitten, een literaire gelaagdheid die mensen aan het denken zet, het moet lezen als een trein, voortstuwend naar een adembenemende climax, de lezer moet kunnen zien, voelen, ruiken en proeven wat de hoofdpersonen meemaken, etc.

En uitgeven via een POD-uitgever en toch hoge verkoopcijfers genereren, vraagt om heel veel eigen initiatief op marketinggebied van de auteurs zelf. Niets iets waar de gemiddelde, brave Indischman in uitblinkt, want in de Indische cultuur rustte een streng taboe op het jezelf aanprijzen. Reden voor vele Indischen om wederom teleurgesteld de pen weer neer te leggen en zich al dan niet verbitterd te schikken.

Persoonlijk vind ik het echter heel belangrijk dat al die Indische memoires beschikbaar komen voor jongere generaties en andere geïnteresseerden. Niet omdat ik wel hoge verkoopcijfers denk te kunnen genereren, maar omdat ik het leed en de informatiehonger ken van de jongere generaties Indischen. Veel generatiegenoten en hun kinderen met (groot)ouders uit Indië kennen hun familiegeschiedenis niet. Ze weten dus niet waarom hun ouders hen hebben grootgebracht zoals ze dat hebben gedaan. Waarom ze misschien op voor hen onbegrijpelijke momenten ontzettend boos of verdrietig werden. Waarom ze er niet over konden praten. Waarom zij dit of dat wel of niet mochten, terwijl dat voor al hun leeftijdgenootjes de normaalste zaak van de wereld was. Waarom pa of ma zomaar uit hun leven verdween. Probeer dan maar eens vol vertrouwen anderen tegemoet te treden in situaties die je misschien in de verte ergens doen denken aan thuis. Dat gaat niet. Je leeft, denkt en handelt dan slechts vanuit angst. Misschien wel zonder dat je het je realiseert. Misschien omdat je het onbewust heb omgezet in ambitie of zorgzaamheid. Maar diep van binnen blijft het angst. En vroeg of laat blokkeert het je op een ongelegen moment.

Daarom zeg ik aan die Indische klanten: wees realistisch. Verwacht geen hoge verkoopcijfers, maar doe het toch. Voor je (klein)kinderen, voor je lotgenoten en hun kinderen. Voor jezelf. Of desnoods voor de archieven van instituten als het NIOD, zodat informatiebehoeftigen het toch kunnen raadplegen. Het is nodig.

Zo moge het zijn.