Katja Urban: schrijven en leven

Schrijfster, biografe, schrijfcoach, schrijfdocente en verhalenvertelster



dinsdag 21 december 2010

Nieuwjaarsvuur


Een dagboekblaadje dwarrelt omhoog,
steeds hoger boven de vlammen
van ons Nieuwjaarsvuur.
Waar gaat het heen?
Was het ‘t blaadje met mooie momenten
of dat met de moeilijke?
Het andere blaadje kleurt geel, rood
en ten slotte wit,
gekoesterd, gerimpeld, kromgetrokken
en verteerd door de vlammen
van ons Nieuwjaarsvuur.
De vlammen zuigen nieuwe dagboekblaadjes aan
nog onbeschreven,
maar gekleurd door de warmte
en het licht
van ons Nieuwjaarsvuur.

Een kerst vol licht en een vurig Nieuwjaar!

vrijdag 10 december 2010

Kerst in mindere tijden

Ook mijn moeder wil haar memoires door mij laten optekenen voor haar kinderen en kleinkinderen. En dan opent zich een wereld waarvan ik flarden wel eerder had gehoord, maar die nu in een context, in een groter geheel klonken. Haar woorden werpen licht op hoe zij en haar familieleden de mensen zijn geworden die ik ken. Ik voel de verbondenheid met mijn familie groeien. Een detail over kerst.

Ze laat voorwerpen zien die ze heeft bewaard van vroeger. Een vergeelde, geborduurde boekenlegger, gemaakt van een versleten kledingstuk en restjes garen van andere, uitgehaalde, versleten kledingstukken. Of een babyhemdje, op dezelfde wijze gemaakt en versierd. Haar tante had haar verteld dat het cadeautjes waren die ze met kerst had gekregen toen ze in het concentratiekamp in Nederlands-Indië zaten, tijdens de Tweede Wereldoorlog. Uit de woorden van haar tante en de voorwerpen zelf, leidde mijn moeder af dat zelfs wanneer je in een concentratiekamp zit en haast niets meer hebt, er blijkbaar toch behoefte is om kerst te vieren en elkaar cadeaus te geven. Boeken hadden ze niet, dus de boekenlegger was blijkbaar bedoeld voor betere tijden. Babykleertjes waren natuurlijk een geschenk uit de hemel voor een tante die volkomen onverwacht in een kamp belandde met de pasgeboren baby van haar net na de bevalling overleden schoonzus. De baby was mijn oom Bernhard en mijn moeder, de oudere zus van oom Bernhard, was toen twee. Ze zijn altijd bij die tante blijven wonen.

Ook later had tante het nooit breed. Maar door in eigen tuin allerlei groenten, fruit en bessen te kweken, was er altijd fruit en groenten. Wat niet lang kon worden bewaard, werd in wekpotten geweckt en het hele gezin moest meehelpen bij dat proces. In de zomer plukten ze in het bos bramen, vossebessen en bosbessen, in de herfst paddestoelen en kastanjes. En zo kon het gebeuren dat een kerstdiner bestond uit zelf gemaakte groentensoep, gekweekte groenten met zelfgemaakte cranberrycompote, een heel klein stukje goedkoop vlees met veel paddestoelen en kastanjes, gegratineerde aardappeltjes en als toetje een zelf gemaakte gelatinepudding van zelfgemaakt bosbessensap met een toefje room. Super chique aan een feestelijk gedekte tafel, maar super goedkoop. Cadeaus? Altijd verantwoord en goedkoop en nooit meer dan één cadeau per persoon. Een informatief of literair boek voor de kinderen, al dan niet tweedehands of uit een aanbieding gevist. Een fles zelf gemaakte bisschopswijn of zelf gemaakte vruchtenlikeur voor de groten. Of een zelfgemaakt kerstversiersel. En tante was een overtuigd socialiste: geloof was opium voor het volk, dus de kerk kwam niet aan de kerst te pas. Kerst was gewoon een gezellig mid-winterfeest.

Ik herkende dat beeld van de tijd dat mijn eigen moeder na haar scheiding moest rondkomen van een part-time salaris als schoolmaatschappelijk werkster. We kweekten dan wel geen groenten meer in de tuin, maar nog wel allerlei bessen en druiven en die werden allemaal gegeten of verwerkt. En ook mijn broer en ik gingen graag mee het bos in om kastanjes, bramen, bosbessen en paddestoelen te zoeken. We wisten precies wanneer wat waar in het bos groeide. En ook onze kerstdiners leken in die tijd verdacht veel op wat ma vertelde over haar jeugd. Dat we het toch iets breder hadden dan mijn moeders 'ouderlijk gezin' vroeger, bleek uit de cadeaus: nooit tweedehands, maar nog steeds verantwoord en betaalbaar. Nooit computerspelletjes of plastic speelgoed en snoepgoed alleen met Sinterklaas en dan nog liefst zelfgemaakt (speculaas, boterletter, borstplaat). Dan wist je tenminste zeker dat er geen troep in zat. Zelf gebreide sjaals en truien hoorden ook tot de mogelijkheden. Nog steeds koop ik in november op de markt een pond amandelen om cadeau te doen aan mijn moeder, in de hoop dat ze dan met kerst met kerstkrans voor bij de koffie komt. Van zelf gemaakt bladerdeeg gevuld met zelfgemaakt banketspijs; lekkerder dan welke banketbakkerij ze ook kan maken. En zelfs nu ze een hersenbloeding heeft gehad, maakt ze ze nog steeds.

Familiebezoek met kerst stond in mijn en mijn moeders kindertijd nooit op het programma. Het was gewoon geen gebruik in onze familie, dus als er spanningen in de familie waren, legden die geen extra druk op het kerstdiner. Familiebezoekjes legde we af op verjaardagen. Wel hadden we op Tweede Kerstdag vaak studievrienden van ma over de vloer of gingen we daar zelf heen. Dat was altijd gezellig, want die hadden meestal kinderen van onze leeftijd. Dat mijn broer, mijn moeder en ik samen een kerstdiner maken en nuttigen, is altijd een fijne traditie gebleven, maar de deelnemers aan het diner zijn de afgelopen jaren gegroeid. Mijn broer brengt zijn zoontje mee en ik mijn man, zoontje en schoonmoeder. Ondanks dat mijn broer en ik inmiddels een goed inkomen hebben, is er aan het diner en de cadeaus eigenlijk nooit iets veranderd. Zo moge het zijn.

Fijne kerst!

Deze blog heb ik geschreven op verzoek van Joyce Spitters: http://hirundo-therapie.blogspot.com/2010/11/kerst-alsjeblieft-zeg-tips-en-steun.html