Katja Urban: schrijven en leven

Schrijfster, biografe, schrijfcoach, schrijfdocente en verhalenvertelster



Posts tonen met het label inspiratie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label inspiratie. Alle posts tonen

vrijdag 1 maart 2013

Thuis

Thuis? Wat is dat? In je eigen huis zijn? Of onder geliefden zijn? Of nog anders: kunnen doen wat je wilt? En als je nou je huis en thuisland moet verlaten? Wanneer voel je je dan nog thuis?

Daar sprak ik over met verschillende jonge vluchtelingen. Ze gaven prachtige antwoorden: in kleuren, in beelden, in geluiden, in gedichten. En ze vertelden over de reis die ze moesten maken op zoek naar een nieuw thuis. Over de elementen die ze moesten trotseren: het vuur van verlangen naar hen die ze achterlieten, de stenen die ze op hun weg vonden, het water dat troostte of dreigde of voortstuwde, op zoek naar hun natuur om te kunnen groeien, op zoek naar nieuwe warmte. Hun verhalen, hun foto’s en hun kunstwerken hangen vanaf zondag in Casla.

Daar mag ik bij de opening zondag ook het symbolische verhaal vertellen over de Sneeuwkoningin, het sprookje van Hans Christiaan Andersen, over de ijzige kracht van de ratio, die mensen meevoert van het haardvuur van hun thuis naar haar prachtige, doch ijzige paleis. Alleen het vuur van de liefde van geliefden kan ze nog redden.

Natuurlijk ga ik daar niet met een sprookjesboek op schoot zitten voorlezen. Nee, ik blijf in de dramatiek van die jonge kunstenaars. Ik vertel het verhaal vanuit het perspectief van het jongetje, meegevoerd door de Sneeuwkoningin, en het meisje dat haar vriendje komt redden. Als ware zij ook vluchtelingen die hun verhaal vertellen.

Want elke steen heeft een verhaal. Een verhaal over vuur, aarde, mineralen, water en natuur. Hoe ziet uw steen eruit?
Wees welkom om het te ontdekken aan de hand van andere verhalen: Thuisland, 3 Maart 2013 15:00 uur, Weerwaterplein 1, Almere.

vrijdag 23 november 2012

De zin van schrijven (of: Lieve Henk)

Een LV INOG-bericht tref ik vanochtend in mijn Inbox, een bericht van Indischen die zijn opgegroeid bij ouders die de Tweede Wereldoorlog in Nederlands Indië meemaakten en die daar nog dagelijks de gevolgen van voelen. Er was een tijd dat ik kind aan huis was bij de vereniging en zelfs dat ik er in het bestuur zat. Omdat we elkaar met een half woord begrepen, lief en leed deelden en elkaar hielpen en ondersteunden, was de onderlinge verbondenheid diep. Ook nu nog, hoewel ik er al jaren niet meer kom. Mijn eigen verwerkingsproces is goeddeels afgerond (voor zover dat ooit kan) en mijn leven is verder gegaan naar andere mooie en moeilijke dingen.

Dus een bericht van de INOG trekt meteen mijn aandacht: waarom schrijven ze oud-leden aan? Henk Garenstroom blijkt overleden, verongelukt op zijn geliefde Bali, met een stompzinnige scooter. Direct zie ik het warme, stralende gezicht voor me van de man die mij als penningmeester opvolgde. Een man die altijd klaar stond voor de vereniging, voor elke INOG’er die in de knoop zat en indertijd dus ook voor mij. Met zijn beeld is het beeld verbonden van Barry, zijn partner, ook een hartstochtelijk verenigingsman. Kerel, kerel, wat zal je het moeilijk hebben en nog krijgen. Ik hoop dat je je realiseert dat je een hele vereniging hebt om er voor je te zijn, ook al zul je toch je eigen proces door moeten.

Lang twijfel ik of ik moet toegeven aan mijn behoefte over Henk te schrijven en publiceren. Moet ik dat niet eerst overleggen met Barry? Maar hij zit nog ver weg in Bali en heeft echt wel wat anders aan zijn hoofd. Of zou het hem juist steunen? Maar alle aandacht komt hem nu toe en niet mijn stompzinnige schrijfbehoefte, ik heb het recht niet om aandacht naar me toe te trekken nu.

Ik bel een mede-oud-lid om even op verhaal te komen en schiet gelijk vol tranen. Maar praten lucht op. Vervolgens probeer ik me weer op mijn werk te concentreren. Ik beantwoord een bericht van een potentiële klant en werk vervolgens verder aan mijn handleiding voor hoe je nu een prachtig verhaal kunt schrijven. Ik wilde er ook iets over bloggen, maar voel dat ik alleen maar over Henk zou kunnen bloggen. Dus toch maar de handleiding. Het kost moeite, maar het gaat.

Ik werk mijn visie op het boek verder uit: het mag geen saai stappenplan worden, maar ik wil er een inspirerende reis met een voortdenderende trein van maken , vol tot de verbeelding sprekende voorbeelden en creatieve, handige oefeningen. Als je alle oefeningen maakt, eindig je met een prachtig verhaal, zo heb ik bedacht. Eigenlijk staat het boek inhoudelijk al in de grondverf en sla ik nu alleen nog maar wat vakliteratuur erop na om te zien of ik niks ben vergeten. Daarna nog de grote redactieslag.

Vandaag lees ik "Het geheim van de schrijver" van Renate Dorrestein. Ze vertelt hoe de ziekte en dood van een vriendin haar werk als schrijfster op zijn kop heeft gezet. Over hoe haar vriendin vraagt wat zij nu aan al die verzonnen verhalen van Renate hebben. Renate besluit radicaal om geen fictie meer te schrijven. Totdat het dochtertje van haar vriendin een boekje krijgt, getiteld "Derk Das blijft altijd bij ons". Het is een verhaal over een Das die dood gaat tot groot verdriet van de andere bosdieren. Het meisje leert eruit “dat de dood óók een verlossing kan zijn…, dat verdriet minder scherp wordt wanneer je het deelt en dat onze overledenen voortleven in onze herinneringen.” Meteen gaat Renate weer fictie schrijven.

Meteen gaat Katja weer bloggen. Ik zie Henk weer vol aandacht naar ons luisteren, vol zorg de catering verzorgen tijdens onze bijeenkomsten. Henk, nooit zal ik jouw oprechte toewijding aan ons vergeten, je leeft voort in onze herinneringen. Lieve Barry, schroom niet om je verdriet met ons te delen. We zijn er graag voor je.

Zo moge het zijn.

vrijdag 9 maart 2012

Hoe helpt vasten een ondernemer?

Eens per maand ontbijt ik met een paar christelijke ondernemers uit Almere (www.cvmv.nl). Dan vragen we elkaar kritisch: hoe christelijk doe jij eigenlijk zaken? Of: in hoeverre helpt jouw geloof je als ondernemer? Vanochtend was het mijn beurt om de openingsvraag te stellen. Aangezien we in de 40-dagentijd voor Pasen zitten, vroeg ik: wat kan vasten je als ondernemer opleveren?

Geen vraag waar ik zelf al een pasklaar antwoord op had. Ik had op eigen gelegenheid wel eens geprobeerd te vasten, maar met 47 kg en een standaard lage bloeddruk bleek dat niet echt een goed idee. Maar alsof het zo moet zijn, merk ik de afgelopen weken aan mijn lichaam dat vegetarische avondmaaltijden me veel en veel fitter doen voelen en dat ik gewoon ook niet meer zo’n zin heb in vlees. Liever die honderd soorten kaas van de kaasboer op brood of paddenstoelen op mijn pasta, knapperig gebakken tofu, tempé of Indische eitjes op mijn rijst, vis bij mijn piepers of Indiase linzencurry over mijn naanbroodje. Iets anders tussendoor snoepen dan fruit of een mueslireep als mijn hoofd te licht dreigt te worden, is nooit een behoefte geweest en chips heb ik überhaupt niet in huis. Ik kom gewoon niet op het idee om dat te kopen. Maar het is nooit een overtuiging geweest, ik eet gewoon waar ik zin in heb. En wel elke drie uur, want anders sta ik te tollen op mijn benen.

Vanochtend kwamen we erachter dat vasten niet alleen maar met voedsel te maken heeft. Ik hoorde mezelf concluderen dat het ook te maken heeft met het loslaten van je dagelijkse mallemolen. Het vasten dat ik kende, was zo’n doel op zich. Maar nu heb ik geleerd dat het een middel is om tot een doel te komen. In feite maak je jezelf leeg om meer ruimte te creëren voor bezinning: waar sta ik, waar wil ik heen en hoe ga ik dat aanpakken? Of je daar nu een God aan wilt verbinden of niet, doet er volgens mij niet zoveel toe; het gaat om de essentie.

Ariane Inden kwam gelijk bovendrijven bij me: “In tijden van crisis (gedwongen vasten, fantaseer ik er nu bij) vraag ik mijn mensen: ‘Wie heeft er ideeën waardoor we hier beter uitkomen dan vóór de crisis?’ Je wilt niet weten wat er dan aan ongebreidelde creativiteit los komt om weer mee verder te gaan!” Want dat is wat er gebeurt als mensen een schaarste ervaren: ze worden ongelooflijk creatief in bedenken wat ze echt graag willen en hoe ze dat zouden kunnen bereiken. En ze durven eindelijk los te laten wat toch niet erg belangrijk lijkt.

En dus besluit ik door te gaan met weinig vlees eten en mijn tussendoortjes te beperken tot fruit. Én elke dag in mijn dagboek mezelf de vraag te stellen: waar sta ik en waar wil ik naar toe? Wat gaat mijn dag van vandaag daaraan bijdragen?
Mijn goeie ouwe pastor uit de Janskerk zou zeggen: Zo moge het zijn.

vrijdag 25 november 2011

Loslaten en schrijven

Ik voel al langer behoefte aan meer innerlijke rust in mijn leven en ik weet hoe ik het moet doen: met ’s ochtends en ’s avonds een contemplatief moment. Om ’s morgens me even dankbaar te voelen voor een goede nachtrust, een paar keer diep in en uit te ademen om weer te voelen dat mijn lijf en geest weer wakker zijn, weer leven, de denkbeeldige energiestroom weer op gang te brengen en om mij te verheugen op de dingen van de nieuwe dag. Hoe wil ik ze aanpakken? Met welke energie? Blanco of juist voorbereid?

En ’s avonds wil ik de dag even overdenken: wat heb ik allemaal gedaan en meegemaakt? Wat ging minder? Hoe kan ik die dingen voortaan beter doen? Wat ging fijn en kan ik me dankbaar voor voelen? Welke mooie gedachte neem ik mee naar bed? Weer even diep ademhalen om alle stress en kopzorg los te laten. Noem het bidden, noem het meditatie, noem het de dageraad begroeten en de nacht verwelkomen, noem het loslaten of je hoofd leegmaken, de naam doet er niet zo toe. Of ik me op zo'n moment verbind met God of niet, doet aan het effect ook niets af. Of ik het alleen in gedachten doe of achter de computer ga zitten en het opschrijf, het hielp me altijd. En ik deed het altijd met mijn agenda ernaast, want ik kwam tijdens die momenten vaak op goede ideeën voor de nabije toekomst en die wilde ik na afloop even snel kunnen noteren. Anders ging ik de hele tijd erna me bang voelen dat ik ze vergat.

Uit de werkwoordsvormen kun je opmaken dat ik er ervaring mee heb. Ik heb het me vaker voorgenomen, soms ook een poosje gedaan en dan door gejaagdheid om al mijn voornemens gedaan te krijgen, weer ter zijde geschoven. Of geluisterd naar een andere smoes: 'Ach, ik hoef toch geen creatief werk te doen vanochtend, dus hoef ik mijn hoofd ook niet zo tot op de bodem te legen van alles waar ik mee bezig ben.' Nee, klopt, na zo'n contemplatief moment gaat creatief werk honderd maal beter en nee, ik hoef niet elke dag creatief schrijfwerk te doen. Maar loslaten is niet alleen daarvoor bedoeld. Het maakt ook dat ik me zoveel meer in balans voel, zoveel meer innerlijke rust heb. Of er nou zorgen spelen of niet. Het voelt als zorg dragen voor mezelf.


Ik denk dat ik er in mijn digitale agenda gewoon vijf minuten voor ga inplannen met een herinnering vlak voordat ik moet opstaan of slapen gaan. Dat leidt uiteraard wel weer tot ergernis bij mijn echtgenoot, want die wordt gek van al die alarmgeluidjes die ik steeds uit mijn mobieltje laat komen. Maar voor mij werkt het.

Zo moge het zijn.

vrijdag 1 juli 2011

Lieve ik

Petra Kruijt heeft een creatieve actie verzonnen om haar boekverkopen op te krikken: http://lieveik.tumblr.com. Schrijf een brief aan jezelf die je over vijf jaar zou willen ontvangen, stop er een aankoopbewijs van haar boek bij en stuur ’m naar haar. Je krijgt je brief over vijf jaar toegestuurd en maakt kans op een uitnodiging voor een inspirerende schrijfmiddag met haar. Nou, haar boek hoef ik niet, maar die brief wil ik wel schrijven. Hier.

Lieve ik,

Vijf jaar geleden vroeg je me om een brief. Bij deze. Ik hoef niet te vragen hoe het met je gaat, want dat weet ik. Maar weet jij nog hoe het toen met je ging? Je had net zo’n beetje ontdekt hoe je na de geboorte van Tim zonder oververmoeidheid (vanuit je dubbelrol als echtgenote, moeder en ondernemer), depressieve buien en computerspelletjesverslaving je werk energieker en creatiever kon doen en was begonnen aan wat je hoopte dat een gestage weg omhoog zou zijn. Je voelde je dankbaar voor de inspirerende mensen die je zover hadden gekregen. Je probeerde het geleerde uit te stralen en in te zetten voor de mensen om je heen. Het ging nog met vallen en opstaan, maar het ging. Je dromen voor de grote doorbraak naar een bloeiend bestaan als schrijfster en schrijfcoach leken van dromen realistische mogelijkheden te worden, als je maar die draad omhoog zou weten vast te houden. Je ambitie was niet zo vreselijk hoog, je wilde vooral plezier hebben in je werk, je wilde andere mensen helpen en je wilde dat het genoeg zou opleveren voor een welkome bijdrage aan het huishoudpotje.

Wel, Katja, ik schreef deze brief dus vijf jaar geleden en de gave om in de toekomst te kijken heb ik niet. Ook vijf jaar geleden niet. Maar stel je nou voor dat het je inmiddels voor de wind gaat. Wat wil je dan van me horen?

Misschien: Als je nou beginnende schrijvers coacht, denk eens aan vijf, nee, tien jaar geleden. Hoe je voelde hoe je soms juweeltjes schreef, maar worstelde met elk commentaar? Hoe je vocht tegen de druk vanuit je gezin om centen op de plank te brengen, terwijl je wilde schrijven? Hoe je in het diepste geheim vocht tegen je computerspelletjesverslaving die jouw zo bevochten schrijfuren wegknabbelde? Hoe je erachter kwam dat die verslaving een vlucht was voor nare emoties over de dingen in het leven die niet zo gingen als je graag wilde? Dat je ervanaf kwam door die emoties op te schrijven in je dagboek? Elke ochtend voordat je aan het schrijven ging? Dat je vervolgens op de meest briljante invallen kwam? Voor oplossingen in het leven én voor teksten?

Misschien: Vertel je klanten die voor schrijfcoaching komen, daar eens over. Waarschijnlijk zullen ze je dankbaar zijn. Want schrijfcoaching is niet alleen maar schrijftechniek. Vooral wanneer het gaat over autobiografisch schrijven, is het soms een halve therapeutische sessie. En daar heb jij meer dan genoeg levenservaring voor en toch genoeg distantie om geen oplossingen op te dringen.

Misschien: Schrijf er eens een boek over. Die miljoen mensen die een boek willen schrijven maar er niet toe komen, zullen je dankbaar zijn.

Maar stel je nu eens voor dat het allemaal niet is gelukt. Dat je je schrijfbedrijf hebt opgedoekt en maar weer een redactiebaantje hebt genomen. Wat wil je dan van me horen?

Misschien: Wat een rust, hè? Geen gevechten meer aan de keukentafel over geld, geen twijfel meer over of je wel genoeg doet aan acquisitie, geen angst meer voor de oordelen van opdrachtgevers, geen angst meer voor tegenvallende boekverkopen. Gewoon de deur van kantoor achter je dicht trekken, boodschap doen, Tims verhalen over school en vriendjes aanhoren, samen kokkerellen en smikkelen, Tim een nachtzoen brengen en dan de strijk of het verstelwerk, samen met manlief achter de buis. Geniet ervan, Katja, je hebt het verdiend en het is je beloning.

Misschien: Wat doet het ertoe of je financieel succesvol bent geweest? Je hebt het vol overgave geprobeerd, er heel veel plezier in gehad en inspiratie uitgehaald, er een massa van geleerd en een hele hoop andere mensen geïnspireerd met je schrijfsels. Was het dat niet waard? Jawel.

Misschien: Kop op, en nu op een andere manier blijven proberen te doen wat goed voelt. Blijf die creativiteit en inspiratie aanvullen en laat ’m stromen. Blijf elke avond dankbaar voor de mooie momenten van de dag. En blijf elke ochtend de blokkerende, negatieve gedachten en gevoelens van je afschrijven. Wie weet of jij dat bedrijfsblad niet tot het meest innovatieve en inspirerende bedrijfsblad weet te krijgen waar alle anderen een voorbeeld aan nemen?

Misschien: Als het nou niet lukt om dat bedrijfsblad een kwaliteitsblad te laten worden, schrijf in de avonduren eens een hilarisch boek over hoe al die saaie bedrijfsbladen toch iedere keer weer tot stand komen. Kun je geen typische karikatuur van je eindredacteur opvoeren die elke poging om tot een inspirerend stuk te komen absurdistisch laat mislukken? Of zo?

OK, Kattepetat, tijd om weer eens een brief te gaan schrijven. Voor over vijf jaar.

Tot dan,

Katja